Twee werknemers van een bank waren verantwoordelijk voor het afdekken van risico’s (hedging). Toen verliezen aan het einde van een handelsdag waren opgelopen tot €1,3 miljoen, meldden zij dat niet bij hun leidinggevende, wat in strijd is met het bedrijfsbeleid.
De Tuchtcommissie van de Stichting Tuchtrecht Banken heeft twee beroepsverboden opgelegd wegens schending van de Bankierseed. Het gaat om één verbod van zes maanden en één verbod van drie maanden. Ook sprak de commissie een berisping uit.
De Tuchtcommissie van de Stichting Tuchtrecht Banken heeft drie beroepsverboden uitgesproken wegens schending van de Bankierseed. Het gaat om één verbod van anderhalf jaar, één verbod van een jaar en één van een half jaar.
De Tuchtcommissie van de Stichting Tuchtrecht Banken legde aan een bankmedewerker een beroepsverbod op vanwege rekeninggluren. In een tweede zaak kreeg een bankmedewerker een berisping.
Een bankmedewerker schond de bankierseed door geld dat hij had ontvangen op zijn privé-rekening en dat niet van hem was over te maken via privé-rekeningen. Daarmee vernietigt de Commissie van Beroep in zijn eerste uitspraak een eerder oordeel van de Tuchtcommissie. Hiermee oordeelt de Commissie van Beroep dat in deze zaak dat de privé-handelingen die raken aan werkzaamheden voor een bank wel degelijk een schending van de bankierseed inhielden.