Rekeninggluren taboe voor bankmedewerkers Gepost op 31 mei 2022 te 09:24.Geschreven door olavwagenaar Medewerkers van banken mogen niet zomaar rekeninggegevens van klanten bekijken, ook niet van familie en zelfs niet van een familielid dat er zelf om heeft gevraagd. De Tuchtcommissie Banken heeft opnieuw beroepsverboden opgelegd voor dit zogenaamde ‘rekeninggluren’. Twee voormalige bankmedewerksters mogen tijdelijk niet in de bancaire sector werken omdat zij bij de bank rekeningen raadpleegden zonder daarvoor een zakelijke reden te hebben. Zij overtraden daarmee de Bankierseed en schaadden het vertrouwen van de samenleving in banken. De Tuchtcommissie wijst erop dat de financiën van klanten veel informatie prijsgeven over hun persoonlijke leven en daarmee uiterst privacygevoelig zijn. De ene ex-medewerkster mag twee maanden niet in de bancaire sector werken, de andere drie maanden. Zij bekeek veel informatie van tien klanten en deelde die informatie waarschijnlijk met familieleden. ‘Het handelen van verweerster was structureel en intensief.’ De Tuchtcommissie legt ook een beroepsverbod van drie maanden op aan een ex-medewerker die vertrouwelijke gegevens op een USB-stick zette en mee naar huis nam. Nadat hij de data van de USB-stick kopieerde naar zijn laptop, kwamen ze via de server enkele dagen vrij beschikbaar op internet. De aanklager van Tuchtrecht Banken vroeg om een beroepsverbod van 6 maanden. De Tuchtcommissie beperkt het verbod tot drie maanden; het was niet de bedoeling geweest van de ex-medewerker dat de informatie openbaar werd en hij toonde een “doorleefd gevoel van spijt”. De uitspraken vind je hier: TRB-2022-4587-TC TRB-2022-4590-TC TRB-2022-4661-TC Link naar het persbericht.
Benoeming voorzitter Commissie van Beroep Tuchtrecht Banken Gepost op 12 mei 2022 te 10:28.Geschreven door olavwagenaar Het bestuur van de Stichting Tuchtrecht Banken heeft mr. Tjeerd Zuidema benoemd als voorzitter van de Commissie van Beroep. Tjeerd Zuidema volgt per 11 mei 2022 mr. Hans Hofhuis op. Hans Hofhuis was sinds de oprichting in 2015 voorzitter van de Commissie van Beroep. Omdat zijn zittingstermijn is verstreken, is er gezocht naar een opvolger. Het bestuur heeft Tjeerd Zuidema benoemd als zijn opvolger. Rick Verschoof, voorzitter Stichting Tuchtrecht Banken is verheugd met de benoeming van Tjeerd Zuidema tot voorzitter van de Commissie van Beroep. “Hoewel Tjeerd Zuidema nog niet lang lid is van de Commissie van Beroep, heeft hij elders in het tuchtrecht zeer uitgebreide ervaring. Zo is hij voorzitter van het Hof van Discipline (advocatentuchtrecht), plaatsvervangend voorzitter van het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven en plaatsvervangend voorzitter van de Kamer voor het Notariaat in het ressort ’s-Hertogenbosch, naast lidmaatschappen van diverse klachtencommissies. Zijn hoofdfunctie is die van rechter in de Rechtbank Oost-Brabant” “In Tjeerd Zuidema hebben we niet alleen een kundig voorzitter bij het behandelen van beroepszaken, maar ook een voorzitter die los van de zaaksbehandeling zal kunnen bijdragen aan de verdere ontwikkeling van het bankentuchtrecht”. Het bestuur bedankt Hans Hofhuis heel hartelijk voor zijn jarenlange inzet vanaf het begin van de gelding van het bankentuchtrecht. Tuchtrecht Banken is verantwoordelijk voor de uitvoering van het tuchtrecht in de bankensector, als onderdeel van de wettelijk verankerde bankierseed. Het tuchtrecht is bedoeld om de kwaliteit van de beroepsuitoefening te bevorderen en te bewaken. De onafhankelijke Tuchtcommissie en de Commissie van Beroep (in hoger beroep) geven toepassing aan de Gedragscode en laten in hun uitspraken zien of bepaald gedrag tuchtrechtelijk wel of niet toelaatbaar is. Persbericht benoeming Tjeerd Zuidema tot voorzitter Commissie van Beroep
Jurist binnen bank heeft vrijheid om te adviseren Gepost op 13 april 2022 te 09:31.Geschreven door olavwagenaar Het tuchtrecht is er niet om adviezen van interne juristen van een bank te toetsen. Dit blijkt uit een uitspraak van de Tuchtcommissie Banken. Juridische adviseurs beschikken over ‘een zekere mate van vrijheid’; alleen in bijzondere gevallen kan via het tuchtrecht worden beoordeeld of hun adviezen juist en begrijpelijk zijn. De zaak draait om een schikking die een bank trof met de huurder van een failliet bedrijf. Het failliete bedrijf had een schuld bij de bank en door de schikking kreeg de bank een deel van de huurinkomsten. Daarover werd de curator van het failliete bedrijf niet vooraf geïnformeerd. De Tuchtcommissie stelde in 2021 al vast dat de medewerker die de schikking trof niets te verwijten viel. Hij mocht vertrouwen op experts en op zijn leidinggevende, die akkoord gingen met de schikking. Ook de jurist, werkzaam bij de bank, die het advies gaf om de curator niet eerder te informeren, gaat nu tuchtrechtelijk vrijuit. De directeur van Tuchtrecht Banken vond na eigen onderzoek dat de bankmedewerker een berisping moest krijgen, maar de Tuchtcommissie is het daarmee niet eens. Zij wijst erop dat een bank er zelf belang bij heeft dat een interne jurist enige vrijheid heeft bij het adviseren over de juridische en strategische opstelling. Het is niet aan de tuchtrechter om die adviezen te toetsen, bijzondere gevallen daargelaten. De Tuchtcommissie heeft wel een tuchtrechtelijke maatregel opgelegd voor “rekeninggluren”. Een voormalig medewerkster bekeek uit nieuwsgierigheid transactiegegevens van collega’s en van klanten uit haar eigen postcodegebied. In een jaar raadpleegde zij meer dan 10.000 keer een rekening, waarvan 161 keer van collega’s en haarzelf. Omdat ze spijt heeft betuigd, matigt de Tuchtcommissie het beroepsverbod tot 3 maanden. Een voormalige hoge bankemployé mag 6 maanden niet in de bancaire sector werken. Hij diende declaraties in voor zakelijke kilometers die hij niet had gereden: naar kantoorlocaties die gesloten bleken te zijn en naar plaatsen waar hij volgens de toegangscontrole niet was geweest. Ook declareerde hij kosten voor kilometers terwijl hij in het buitenland verbleef. De Tuchtcommissie legt een beroepsverbod van een half jaar op, ook omdat hij zelf het kwalijke van zijn handelen niet inzag en zich niet open en eerlijk opstelde. De uitspraken vind je hier: TRB-2022-4542-TC advies jurist TRB-2022-4599-TC raadplegen rekening zonder zakelijke aanleiding TRB-2022-4426-TC onterecht declareren kilometers
Beroepsverboden voor overtreding bankierseed Gepost op 9 maart 2022 te 11:21.Geschreven door olavwagenaar De Tuchtcommissie Banken heeft een voorwaardelijk beroepsverbod van een maand opgelegd aan een hoge functionaris die zich niet hield aan de regel dat hij zijn beleggingen moest onderbrengen bij de bank en geen beleggingstransacties mocht uitvoeren zonder toestemming van de bank. Hij onttrok zich daardoor aan het voor hem geldende beleid en de daarbij horende controle. Twee andere voormalige employés krijgen een onvoorwaardelijk en een voorwaardelijk beroepsverbod. De bankmedewerker die zich niet hield aan het beleid voor het handelen in beleggingen, had de secretaresse gevraagd om hem in het banksysteem als ‘non insider’ op te nemen terwijl hij ‘dual insider’ was. De bankmedewerker was bekend met het beleid van de bank dat (de schijn van) belangenverstrengeling en handel met voorkennis moet voorkomen. De klager, de directeur van de Stichting Tuchtrecht Banken, vroeg om een boete van 750 euro, maar de Tuchtcommissie wijst op de voorbeeldfunctie van de bankmedewerker en vindt de overtreding laakbaar genoeg voor een voorwaardelijk beroepsverbod. Deze maatregel wordt uitgevoerd als de medewerker nog een keer in de fout gaat binnen een periode van twee jaren. Een medewerkster die klantgegevens doorstuurde aan haar partner en een rekening opende voor een klant zonder de identiteit te controleren aan de balie krijgt een tijdelijk beroepsverbod. Zij werkte volgens de Tuchtcommissie fraude in de hand en in één geval is ook werkelijk gefraudeerd. De Tuchtcommissie kan niet vaststellen of de medewerkster doelbewust meewerkte aan fraude en beslist dat zij een half jaar niet in de bancaire sector mag werken. De klager vroeg een voorwaardelijk beroepsverbod van een jaar. Een voorwaardelijk beroepsverbod wordt opgelegd aan een voormalig medewerker die aan een vriend een klantvergoeding van 500 euro toekende. Hij kampte met een gokverslaving en betaalde met de vergoeding een weekendje weg. De klager vroeg om een beroepsverbod van zes maanden, maar de Tuchtcommissie beperkt het tot een maand omdat de ontslagen medewerker spijt betuigde en na ontdekking openheid van zaken gaf. De uitspraken staan hier: eerste, tweede en derde uitspraak. Het volledige persbericht staat hier.
Lichte stijging ingediende meldingen schending bankierseed Gepost op 24 februari 2022 te 10:39.Geschreven door olavwagenaar Meldplicht banken wettelijk vastleggen? In 2021 heeft Tuchtrecht Banken 152 meldingen van mogelijke schendingen van de bankierseed ontvangen. Een lichte stijging ten opzicht van 2020, toen ontving Tuchtrecht Banken 138 meldingen. Een derde van de meldingen is afkomstig van banken, de overige meldingen komen van particulieren en zakelijke klanten van de banken. Alleen in de jaren 2017 en 2018 werden meer meldingen ingediend. In deze jaren zijn veel meldingen ingediend als gevolg van twee grote zaken. In 2017 hadden namelijk ruim 90 meldingen betrekking op het niet correct afhandelen van hypotheekaanvragen bij een bank. In 2018 was er sprake van een collectieve melding na een landelijke oproep. Jerry Brouwer, algemeen directeur bij Tuchtrecht Banken, ziet dat particuliere bankklanten steeds beter de weg naar Tuchtrecht Banken vinden. “Over de laatste drie jaren steeg het aantal meldingen van 62 naar 106. De bankmeldingen blijven steken op 46, drie jaar geleden waren dat er 41”. ”Banken zijn helaas nog terughoudend met het melden van mogelijke schendingen van de bankierseed. De meldingen die worden gedaan zijn daarbij veelal aan te merken als dertien in een dozijn. Meldingen over ‘rekening gluren’ en geld overmaken op eigen rekening komen veelvuldig voor. Zeer terechte meldingen maar waar blijven de ‘grijze gebied zaken’?”, vraagt Brouwer zich af. Als voorbeeld noemt hij zaken over (de gevolgen van) leidinggeven en de cultuur bij mistanden. Of zaken over het gebruik van geautomatiseerde advisering die bijvoorbeeld tot discriminatie leidt. “Beleid op zichzelf valt niet onder het bankentuchtrecht. Dat is namelijk gericht op het handelen van medewerkers. Maar als de uitvoering van het beleid tot ongewenste gevolgen leidt, en dit niet wordt voorkomen, kan dat mogelijk verwijtbaar handelen opleveren. Mogelijk kan dat wel als schending van de bankierseed worden aangemerkt. Juist dit soort zaken kunnen helpen om op die gebieden te komen tot duidelijke normen voor de sector”, stelt Brouwer. Binnen de bankinstellingen zal volgens Brouwer kritischer moeten worden gekeken naar het eigen beleid voor meldingen bij Tuchtrecht Banken. Onderling kunnen de banken tot meer uniformiteit komen. De verschillen tussen de banken zijn namelijk ook goed zichtbaar. Uit de jaarcijfers blijkt dat het aantal meldingen van de vier grootbanken sterk verschilt. Statistisch gezien lijken deze verschillen onwaarschijnlijk en lastig te verklaren. Dit doet vermoeden dat banken nog te veel een eigen invulling geven aan het tuchtrecht en het doen van meldingen. Antoinette van Rijn, voorzitter van de Tuchtcommissie Banken zei hierover al eerder: ‘Het intern afdoen van gedragingen in strijd met de bankierseed wekt buiten de bank de indruk dat bankmedewerkers bij deze banken niet verduisteren, niet onbevoegd op rekeningen kijken, geen documenten vervalsen, niet wegkijken als moet worden ingegrepen en altijd integer handelen.’ Het bancaire tuchtrecht is vastgelegd in de Wet op het financieel toezicht (Wft). Hoewel melden inherent onderdeel uitmaakt van het tuchtrecht, is in de Wft echter geen meldplicht vastgelegd. Hierdoor is het melden van zaken voor de banken te vrijblijvend en kunnen bedoelde verschillen tussen de banken optreden. Brouwer pleit ervoor dat wettelijk wordt vastgelegd dat de banken altijd een melding moeten doen als er mogelijk sprake is van een schending van de bankierseed of de daaraan verbonden gedragscode. Vervolgens ligt de afweging bij Tuchtrecht Banken of de schending voldoende ernstig is. Daarmee wordt de gelijkheid en rechtszekerheid bevorderd én ook het aanzien en de werking van het bankentuchtrecht. Lees hier het hele persbericht.
Beroepsverboden voor overtreding bankierseed Gepost op 9 februari 2022 te 11:05.Geschreven door olavwagenaar Een bankmedewerker nam een USB-stick met vertrouwelijke klantgegevens mee naar huis en hielp klanten van de bank vanuit zijn eigen bedrijf. Aan hem legt de Tuchtcommissie Banken een beroepsverbod op van een half jaar. Een andere bankmedewerker die krediet verstrekte aan klanten na manipulatie van het banksysteem kreeg een voorwaardelijk beroepsverbod van twee maanden. Een bankmedewerker die 10.000 euro onttrok aan de rekening van zijn zwakbegaafde broer mag acht maanden niet in de bancaire sector werken. Volgens de Tuchtcommissie Banken overtraden de (ontslagen) bankmedewerkers de Bankierseed, waarin zij beloofden integer te handelen. Een bankmedewerker had een eigen onderneming opgericht, terwijl hij nog in dienst was bij de bank. Hij had klantgegevens gekopieerd op een USB-stick waardoor de gegevens niet meer beveiligd waren. Van enkele klanten was het de bedoeling ze te adviseren als hij uit dienst was. Hij heeft zich hierdoor schuldig gemaakt aan belangenverstrengeling. In de tweede zaak nam de bankmedewerker twee kredietaanvragen op in het banksysteem. Hij deed dit door af te wijken van het beleid van de bank. Aan aanvragers die daarvoor volgens de regels van de bank niet in aanmerking kwamen, werd toch een lening vertrekt. Zijn werkgever gaf een berisping en zette hem in een lagere functie. De Tuchtcommissie legt een onvoorwaardelijk beroepsverbod op. De bankmedewerker die geld van de rekening van zijn broer naar zijn eigen rekening had overgeboekt om te gokken, had de bankafschriften aangepast. Ook had hij de naam van de gemachtigde van de rekening veranderd en gedaan alsof daar toestemming voor was. Hij probeerde te verhullen dat de overboekingen waren gedaan. De reden was dat hij een gokverslaving had die hem in financiële problemen bracht. De uitspraken vind je hier.
GEEN OORDEEL TUCHTRECHTER OVER WITWASAFFAIRE Gepost op 1 februari 2022 te 19:22.Geschreven door olavwagenaar De Tuchtcommissie Banken zal geen oordeel geven over de vraag of individuele medewerkers van een bank voldoende hebben gedaan om witwassen te voorkomen. De informatie die de bank heeft verstrekt aan de Stichting Tuchtrecht Banken geeft onvoldoende zicht op concrete gedragingen van medewerkers van de bank. Daarom kan niet worden beoordeeld of zij de bankierseed hebben geschonden. Dit blijkt uit een uitspraak van de voorzitter van de Tuchtcommissie. De uitspraak hangt samen met de zogenaamde witwasaffaire. In 2018 trof het Openbaar Ministerie met een bank een schikking van 775 miljoen euro voor jarenlange en structurele overtreding van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft). Bij Tuchtrecht Banken kwamen vervolgens ruim 200 meldingen binnen dat (voormalige) bestuurders en commissarissen hierdoor de bankierseed hadden geschonden. Na onderzoek concludeerde de algemeen directeur van de stichting dat geen overtredingen konden worden vastgesteld. Hij besloot daarom geen klacht in te dienen bij de Tuchtcommissie. Een aantal melders diende een herzieningsverzoek in tegen die beslissing. De voorzitter van de Tuchtcommissie bevestigt nu de beslissing van de algemeen directeur en wijst de herzieningsverzoeken af. De uitspraak betekent dat er geen tuchtrechtelijk oordeel komt over de vraag of individuele bankmedewerkers anders hadden kunnen of moeten handelen. De voorzitter van de Tuchtcommissie noemt dit in de uitspraak betreurenswaardig, maar door de beperkte mogelijkheden van het bankentuchtrecht is dit volgens de voorzitter helaas niet anders. Zij wijst erop dat de algemeen directeur beperkte mogelijkheden heeft om zelfstandig onderzoek te doen; hij moet zich baseren op de informatie die de bank aanlevert. De bank zelf zag een “collectief falen” in de naleving van de Wwft-verplichtingen en nam arbeidsrechtelijke maatregelen tegen individuele medewerkers. Bij deze maatregelen speelden de functie van de bankmedewerker, de betrokkenheid bij het beleid en verzachtende omstandigheden een rol. De bank deed zelf geen melding bij Tuchtrecht Banken en maakte de verwijten aan de medewerkers, ook nadat de algemeen directeur daar uitdrukkelijk om had gevraagd, niet concreet. De algemeen directeur van Tuchtrecht Banken kon daardoor niet vaststellen welk handelen of nalaten van individuele bankmedewerkers de structurele overtreding van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme heeft veroorzaakt. Schendingen van de bankierseed kunnen daarom niet worden vastgesteld. Voor leden van de Raad van Bestuur en Raad van Commissarissen van een bank gelden ook wettelijke eisen van “geschiktheid”. Eén van de melders voerde in het herzieningsverzoek aan dat het optreden van deze leden niet aan deze eisen voldeed. Maar volgens de voorzitter van de Tuchtcommissie ligt het op de weg van de toezichthouder DNB om hierover een oordeel te geven. Dat oordeel is niet aan de Tuchtcommissie Banken. De uitspraken vind je hier.
Beroepsverboden voor bijklussende bankmedewerkers Gepost op 15 december 2021 te 09:43.Geschreven door olavwagenaar Toen een bank in 2019 nieuwe mensen zocht om witwassen op te sporen, richtten drie medewerkers van diezelfde bank een eigen bedrijf op om kandidaten voor te dragen. Ze lieten na om de nevenactiviteit bij de bank te melden. De Tuchtcommissie Banken legt hen een beroepsverbod op wegens overtreding van de Bankierseed. Twee van de medewerkers, die inmiddels niet meer bij de bank werken, mogen zes maanden niet actief zijn in de bancaire sector, voor de andere geldt een beroepsverbod van vijf maanden. De eerste twee geven volgens de Tuchtcommissie “geen enkele blijk van inzicht” in het kwalijke van hun gedrag, de derde erkent wel verkeerd te hebben gehandeld en ervan te hebben geleerd. De Tuchtcommissie baseert het beroepsverbod ook op andere overtredingen van de gedragsregels. De Tuchtcommissie verwijt de medewerkers ook dat zij CV’s vervalsten van kandidaten die zij voordroegen bij de bank, door te vermelden dat ze een cursus zouden hebben gevolgd terwijl dit niet waar was. Een van de medewerkers betaalde een “aanbrengvergoeding” van 2500 euro aan de andere omdat die hem had geholpen om bij de bank te kunnen gaan werken. directe link naar de uitspraken: TRB-2021-4427-TC TRB-2021-4428-TC TRB-2021-4429-TC Download hier het persbericht.
Tuchtmaatregelen voor omzeilen van interne bankregels Gepost op 22 september 2021 te 11:38.Geschreven door olavwagenaar De Tuchtcommissie Banken heeft maatregelen opgelegd aan twee voormalige bankmedewerkers. Zij hadden de interne regels van hun bank bij het verlenen van kredieten omzeild. De Tuchtcommissie Banken legt een (voorwaardelijk) beroepsverbod op omdat de werknemers de Bankierseed overtraden. Een voormalige bankmedewerkster mag zes maanden niet in de bancaire sector werken. Zij voerde gegevens bewust verkeerd in, waardoor een kredietaanvraag niet hoefde te worden beoordeeld door een gespecialiseerde afdeling. De Tuchtcommissie vindt dit uiterst onzorgvuldig omdat het systeem is bedoeld om een goede afweging te maken of het verantwoord is om een financiering te verstrekken. Een andere medewerker week af van interne procedures voor het verlenen van zakelijke leningen. Hij schakelde in twee gevallen niet een andere afdeling in die bij de beoordeling van een financieringsaanvraag moest worden betrokken. De Tuchtcommissie heeft niet kunnen vaststellen dat sprake was van (stelselmatige) manipulatie van het banksysteem. Daarom blijft de maatregel beperkt tot een voorwaardelijk beroepsverbod van twee maanden. In een derde zaak heeft de voorzitter van Tuchtcommissie vastgesteld dat de tuchtregels niet van toepassing zijn op iedere werknemer die de Bankierseed heeft afgelegd. Een bank deed een melding over iemand waarmee zij zelf een arbeidsovereenkomst had maar die geruime tijd werkzaamheden verrichtte voor een dochtermaatschappij. Omdat deze dochtermaatschappij geen bank is, is het bancaire tuchtrecht in dit geval niet van toepassing. TRB-2021-4365-TC opzettelijk onjuiste gegevens invoeren TRB-2021-4374-TC bewust afwijken geldende procedures TRB-2021-4615-HV bancair tuchtrecht niet van toepassing Alle uitspraken zijn hier na te lezen.
Tuchtrecht Banken maakt besluiten in langlopende onderzoeken bekend Gepost op 15 september 2021 te 11:29.Geschreven door olavwagenaar In 2018 trof het Openbaar Ministerie met een bank een schikking van 775 miljoen euro voor jarenlange en structurele overtreding van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft). Als reactie op deze overtreding heeft het initiatief ‘Leeuwonwaardig.nl’ Nederlanders opgeroepen bij Tuchtrecht Banken een melding tegen de (oud) bestuurders en commissarissen van deze bank in te dienen. De oproep heeft geleid tot ruim 200 meldingen van een vermoedelijke schending van de bankierseed door de (oud) bestuurders en commissarissen. Daarnaast ontving Tuchtrecht Banken in maart 2018 een melding vanwege een vermoedelijke schending van de bankierseed door de (oud) bestuurders en commissarissen van een bank. Deze melding zag op het voorstel de beloning van de CEO aanzienlijk te verhogen. Het voorstel tot verhoging is uiteindelijk niet voorgelegd aan de aandeelhoudersvergadering. Vandaag heeft de Algemeen Directeur zijn beslissingen in beide zaken bekendgemaakt. De onderzoeken naar de meldingen hebben veel langer geduurd dan verwacht mocht worden. De reden hiervan is enerzijds dat de benodigde informatie pas laat door de bank is verstrekt en anderzijds de grote hoeveelheid informatie die onderzocht moest worden. De conclusie in de Wwft-zaak is dat er geen individuele schendingen van de bankierseed dan wel van de Gedragscode kunnen worden vastgesteld. Dit leidt tot een afwijzing van de klacht. In de beloningszaak stelt de Algemeen Directeur vast dat er mogelijk sprake is van een schending van de bankierseed en de daaraan verbonden Gedragscode. De Algemeen Directeur bereidt tegen drie personen een klacht voor. Deze klachten worden voorgelegd aan de Tuchtcommissie Banken. De Tuchtcommissie zal na eigen onderzoek een oordeel uitspreken over de klachten. De uitspraken worden gepubliceerd op de website van Tuchtrecht Banken. De beslissing in de Wwft-zaak vindt u hier